Tips

Tips

Hieronder vindt u tips over de volgende onderwerpen:

Onderhoud en gebruik van podotherapeutische zolen

  • Haal de zolen ’s avonds uit de schoenen.
  • Laat uw zolen nooit drogen bij een warmtebron.
  • Indien uw zolen zijn afgedekt met leer, smeer deze dan regelmatig in met kleurloze schoenpoets of ledervet.
  • Indien uw zolen zijn afgedekt met een ander materiaal dan leer mogen de zolen met een licht vochtige doek worden schoongemaakt.
  • Indien uw zolen ‘kraken’ in de schoenen, doe dan een beetje talkpoeder onder de zool in de schoen.
  • Als u graag met blote voeten in uw schoenen loopt, draag dan een kousenvoetje om de zolen.

Het kopen van schoenen

  •  Koop schoenen altijd in de namiddag, omdat uw voeten in de loop van de dag dikker kunnen worden.
  • Pas altijd beide schoenen in de winkel. Het is normaal dat de éne voet langer kan zijn dan de andere. Koop schoenen altijd op de langste voet.
  • Pas de schoen altijd staande. Als de voet staat, is hij wat langer dan bij zitten door het gewicht wat erop komt.
  • Loop een tijdje op de schoenen in de winkel rond. Neem de tijd voor het kopen van uw schoenen. Bij twijfel niet kopen. Bij lopen wordt de voet zelfs weer iets langer dan bij staan.
  • Doe de schoen bij het passen (en het dragen) op de juiste manier dicht. Bij een veterschoen veters goed aantrekken en strikken.
  • De schoen loopt niet uit. Met andere woorden een schoen wordt niet groter. Als een schoen te klein is, zal dat dus zo blijven. Wel wordt het bovenleer tijdens het gebruik soepeler, waardoor het zich aanpast aan het model van uw voeten.
  • Zorg voor een juiste lengte- en breedte-maat. Maat 40 van het éne merk is beslist geen maat 40 van een ander merk. Dus, let niet alleen op de schoenmaat maar vooral op de pasvorm.
  • Een goed contrefort, dat wil zeggen een goede stevige hielomsluiting, is belangrijk. Hoe steviger het contrefort, des te minder kans op zwikken van de enkels. De hielomsluiting moet niet met de duim in te duwen zijn.
  • De tenen moeten in een schoen vrij kunnen bewegen. Let op voldoende ruimte bij de tenen in de lengte en breedte maar ook in de hoogte. Tenen en nagels komen snel in de knel waardoor er pijnklachten kunnen ontstaan.
  • De hakhoogte moet zodanig zijn dat de kuit ontspannen is. De ideale hakhoogte is dan ook 2 a 3 cm hoog. Hoe breder de hak van de schoen, hoe stabieler u op de schoen staat.
  • Een goed passende schoen heeft het buigpunt van de schoen onder het buigpunt van de voorvoet.
  • De zool van een schoen moet zo soepel zijn zodat een goede afwikkeling mogelijk is. Als je de schoen in je hand hebt moet je de zool kunnen buigen bij de voorvoet.  Let wel op, dat deze niet TE soepel is.
  • Buigzame onderzool, bij voorkeur rubber, dit geeft meer schokdemping en meer grip.
  • Zorg voor een goede sluiting op de wreef die niet knelt of irriteert, liefst een vetersluiting.
  • Neem liever geen op de wreef laag uitgesneden schoen. De schoen heeft weinig houvast om de voet waardoor de voet gaat slippen bij de hak. Om dit te voorkomen neem je dan snel een kleinere maat waardoor de tenen in de knel komen.
  • Let op dat er geen stiksels of naden en versieringen, óp en ín de schoen, lopen over pijnlijke plekken op uw voet. Stiksels, naden en versieringen geven niet mee en worden dus ook niet soepeler. Voel ook altijd met de hand ín de schoen, om te voelen of de schoenen daar voldoende glad zijn afgewerkt, en geen stiksels op eventuele drukplekken hebben.
  • Koop bij voorkeur een lederen schoen. Leer zorgt voor een goede ventilatie, laat zich gemakkelijk vormen en zijn duurzaam.
  • Let op of u bij het gebruik van podotherapeutische zolen, verdikkingen of inlays uit uw schoenen kunt halen, zodat de zolen vlak in uw schoenen liggen. Ook scheelt dit aan ruimte wanneer u er de podotherapeutische zool inlegt.
  • Er zijn ook sandalen die geschikt zijn voor het dragen van podotherapeutische zolen. De bestaande inlay kan eruit. 

Waar op te letten bij kinderschoenen

Het is aan te raden om kinderen die nog niet lopen of hiermee net beginnen ruime en soepele schoenen te laten dragen.
Wanneer kinderen echt gaan lopen dienen de schoenen aan de volgende eisen te voldoen:

  • Een stevig en goed omsloten contrefort (hielpartij).
  • Hoge sluiting op de wreef om schuiven in de schoen te voorkomen, met een veter of klittenband.
  • Een lengtetoegift van 1 cm, voor de groei en afwikkeling van de voet.
  • Juiste breedte.
  • Geen hak of een lage brede hak.
  • Een buigzame loopzool, voor de afwikkeling van de voet.

Onderhoud en gebruik van podotherapeutische zolen

  • Haal de zolen ’s avonds uit de schoenen.
  • Laat uw zolen nooit drogen bij een warmtebron.
  • Indien uw zolen zijn afgedekt met leer, smeer deze dan regelmatig in met kleurloze schoenpoets of ledervet.
  • Indien uw zolen zijn afgedekt met een ander materiaal dan leer mogen de zolen met een licht vochtige doek worden schoongemaakt.
  • Indien uw zolen ‘kraken’ in de schoenen, doe dan een beetje talkpoeder onder de zool in de schoen.

Onderhoud en gebruik van een orthese

  • Het is aan te bevelen om de orthese ’s ochtends aan te doen en ’s avonds uit te doen.
  • Draag de orthese altijd met sokken en schoenen.
  • De orthese mag gewassen worden met water en zeep.
  • Indien de orthese niet makkelijk schuift op de voet mag er wat talkpoeder op de orthese gedaan worden.
  • De orthese mag niet irriteren, indien deze wel irriteert moet u altijd contact opnemen.

Verzorging van de voeten

  • Was iedere dag uw voeten, maar neem geen voetenbad langer dan 5 minuten omdat anders de huid te veel verweekt en de kans op wondjes groter wordt.
  • Droog uw voeten goed af, vooral tussen de tenen en bij de nagelriemen.
  • Smeer de voeten indien u een droge huid heeft dagelijks in met een vette maar ongeparfumeerde crème of zalf, maar niet tussen de tenen omdat de huid dan te week wordt.
  • Als u de nagels zelf knipt; Knip deze dan altijd recht af en niet te kort. Knip zeker geen hoekjes weg, dit vergroot de kans op ingroeien.
  • Snijd of knip zelf geen eelt en likdoorns weg, dit vergroot de kans op wondjes.
  • Voor mensen met DM of vaatproblemen; Controleer iedere dag de gehele voet op wondjes en/of verkleuringen. Met een spiegel kunt u de onderzijde van de voeten bekijken. Lukt dit niet, laat dan iemand anders de voeten controleren.
  • Draag iedere dag schone sokken.
  • Draag goed passende sokken, liefst zonder naden of stiksels.

Diabetici en hun voeten

  • Was uw voeten dagelijks met lauw water. Droog ze voorzichtig af met een zachte handdoek (of bij onvoldoende ruimte een theedoek) en in het bijzonder tussen en onder de tenen. Wanneer de huid te droog is, gebruik dan een goede voetcrème, maar smeer dit niet tussen de tenen.
  • Inspecteer iedere dag uw voeten om “vreemde” plekjes op te sporen, bijvoorbeeld scheurtjes, wondjes, kloven, blaren, verkleuringen van de huid (blauw, roodheid) of veranderingen aan de teennagels. Gebruik eventueel een spiegel om onder de voet en tussen de tenen te kijken. Wanneer iemand zelf de voeten niet kan bekijken, door een slecht gezichtsvermogen vraag dit dan aan familie of vrienden. Het is belangrijk, om als er problemen zijn met de voeten dit zo vroeg mogelijk te ontdekken en er iets mee te doen.
  • Inspecteer de schoen voordat u deze aantrekt door met de hand te voelen of er iets in zit (bijvoorbeeld steentjes). 
  • Loop niet op blote voeten. Loop dan liever op slippers of pantoffels. 
  • Vermijd te strakke sokken en panty’s met naden, deze kunnen de huid beschadigen en de bloedcirculatie belemmeren. 
  • Knip nagels recht af, nooit de hoeken wegknippen waardoor ingegroeide nagels kunnen ontstaan. Zijn de nagels pijnlijk of zijn ze te hard om zelf te kunnen knippen, bezoek dan een pedicure (met diabetes-aantekening) of vraag uw podotherapeut om advies. 
  • Verwijder zelf nooit eelt, wratten en likdoorns/eksterogen. Gebruik ook geen likdoornpleisters die bij de drogist/apotheek verkocht worden. Deze kunnen de huid beschadigen. 
  • Neem nooit langer dan 5 minuten een voetenbad, anders wordt de huid te week en extra kwetsbaar voor wondjes en infecties. Gebruik bij een voetenbad geen soda of biotex, maar badedas. Spoel altijd na met schoon water. Bij wondjes geen voetenbad nemen. 
  • Test altijd de watertemperatuur met uw elleboog of thermometer. Door aantasting van de zenuwen is het mogelijk dat u niet voelt of het water te heet is, waardoor de kans op verbranding ontstaat. 
  • Zorg dat uw voeten goed opgemeten worden iedere keer als u nieuwe schoenen gaat kopen. Niet goed passende schoenen kunnen voor iemand met DM funest zijn, zie hiervoor ook de tips voor het kopen van schoenen.